Hooggevoeligheid is bij beelddenkers vaak een gevolg van inhibitieproblemen, dat wil zeggen dat de omgevingsprikkels niet buiten gesloten kunnen worden. Een te drukke omgeving kan voor een hooggevoelige beelddenker door gebrek aan inhibitie overweldigend zijn. Een beelddenker verwerkt zo'n 32 plaatjes in een seconde en heeft meer tijd nodig om de lessen te leren en/of te maken. Door de andere manier van leren en andere manier van informatie verwerken en het vaker niet begrepen worden maakt dat kinderen vaker faalangst ontwikkelen. Beelddenken is een cognitieve stijl van leren die voornamelijk vanuit de rechterhersenhelft werkt. Een taaldenker leert voornamelijk uit de linkerhersenhelft. Om optimaal te kunnen functioneren hebben we beide hersenhelften nodig.

Een beelddenker leert anders, vanuit het geheel al associërend naar de kern. Kinderen die beelddenken gebruiken om hun informatie te verwerken hebben het vaak lastig in het onderwijs omdat dit talig aangeboden wordt en er veel nadruk gelegd wordt op volgorde en details en het verwerken van seriële informatie, terwijl een beelddenker de informatie niet netjes op volgorde verwerkt.

Een beelddenker werkt op overeenkomsten en vanuit het geheel en zoekt niet naar verschillen.

Een